Biografie Ernst Verduin
Amsterdam 22 juni 1927 – Tiel 10 december 2021

Ernst Verduin groeit op in Bussum, samen met zijn oudere zus Wanda. Zijn ouders hebben veel niet-Joodse vrienden en kennissen. Het is een sportief gezin. Vrije tijd brengen zij door met wandelen, fietsen en zeilen. Ook kamperen zij graag. De vader van Ernst is eigenaar van een goed florerende dameshoedenfabriek.
Als de oorlog in mei 1940 uitbreekt, is Ernst 12 jaar oud. Al snel treffen de anti-joodse maatregelen het gezin Verduin: Ernst en Wanda worden van school gestuurd, allen moeten de ster dragen, vader raakt zijn bedrijf kwijt en het gezin wordt door de Duitse bezetter gedwongen naar Amsterdam te verhuizen.

Als het ophalen van Joden begint, zijn de vader van Ernst en zijn zus Wanda voorlopig vrijgesteld van deportatie. Zij hebben een zogenaamde Sperre, een bewijs van uitstel van deportatie. Het gezin maakt plannen om met de hulp van niet-joodse vrienden onder te duiken. Onderduikadressen en valse papieren zijn al klaar.
Op 14 januari 1943 is Ernst ’s avonds bezig met zijn huiswerk Frans als een Duitser en twee Nederlandse politieagenten ineens in huis staan en het gezin Verduin meenemen, ondanks de Sperren. Er was geen ontkomen meer aan. Zij worden naar de Hollandsche Schouwburg gebracht en op 16 januari naar het Muiderpoortstation vervoerd voor vertrek naar Vught. Het is het eerste transport vanuit Amsterdam naar Konzentrationslager Herzogenbusch, zoals de Duitsers het kamp in Vught noemen. Ernst is dan 15 jaar.

Kamp Vught is net in gebruik genomen en nog lang niet klaar. Er is gebrek aan alles, vooral aan eten en goed drinkwater. Van vrienden ontvangt het gezin pakketten met eten.
Dagelijks moet Ernst, evenals andere jongeren, op appèl staan. Hij wordt soms door de SS geslagen en geschopt.
Ernst ontkomt aan het Kindertransport, maar op 16 september 1943 moet hij toch weg, samen met zijn zus Wanda en andere jongeren. Via Westerbork worden zij gedeporteerd naar Auschwitz-Birkenau. In Vught heeft Ernst voldoende gehoord over de kampen in Polen om bij aankomst bewust afscheid te nemen van zijn zus. Wanda sterft op 15 februari 1944 in Auschwitz.

Ernst (links) en Wanda (rechts) voor de oorlog

Ernst is tewerkgesteld in Monowitz, vlak bij Auschwitz. Met werken, veel geluk en hulp van anderen ontsnapt hij verscheidene malen aan de dood.
De dwangarbeid en ontstoken vlooienbeten putten hem uit. Hij verwondt opzettelijk zijn duim door hem tussen de bak van een kiepwagen te steken. Vanwege dit ‘arbeidsongeval’ krijgt hij een tijdje verlof.

Daarna krijgt hij minder zwaar werk. Enkele maanden later krijgt hij tyfus. Met de hulp van een Poolse medegevangene – de administrateur van het gevangenenhospitaal – overleeft hij dit.

In januari 1945, als de Geallieerden in aantocht zijn, wordt Monowitz leeggeruimd en volgt voor Ernst een tocht in open wagons naar Duitsland, uiteindelijk Buchenwald.
In Buchenwald beweert Ernst dat hij geen Jood is. Hij wordt geloofd als hij aantoont dat hij niet besneden is, en mag naar de Nederlandse barak van niet-Joodse gevangenen.
Hier wordt hij op 11 april door de Amerikanen bevrijd.

Ernst is inmiddels bijna 18 als hij terugkomt in Nederland. Hij koestert weinig hoop dat zijn ouders het overleefd hebben, want de afgelopen twee jaar heeft hij de massamoord voortdurend met eigen ogen gezien. Maar zeker weten doet hij niets. Hij is alleen en probeert uit te vinden waar zijn familie is.

Ondertussen zit zijn moeder in Zweden, met de groep Joodse vrouwen – waaronder ook Lotty Veffer – die uit werkkamp Reichenbach komen en door het Rode Kruis zijn ‘uitgewisseld’. Al voordat Ernst terug is in Nederland, weet zij dat haar zoon nog leeft. De lijsten van de bevrijde Nederlanders uit Buchenwald zijn bekend in Zweden.

Op zijn 18e verjaardag, 22 juni, krijgt Ernst als ‘cadeautje’ bij zijn tante te horen dat zijn moeder in Zweden is.
De vader van Ernst stierf op 15 november 1943 in Auschwitz.

• In september 1945 gaat Ernst naar het Baarnsch Lyceum waar hij nog de laatste 3 jaar gymnasium bèta doet. Hij werkt een paar jaar in de hoedenfabriek, maar het contact met de door zijn vader aangestelde directeur loopt zeer slecht. Ernst neemt ontslag, verblijft en werkt  een half jaar in Zweden, Denemarken en Noorwegen. Dan  gaat hij economie studeren.
Ernst werkt tot zijn zestigste in loondienst en daarna tot zijn 80ste voor zichzelf.

• In 1957 trouwt hij met Anneke Scheffer. Zij krijgen twee kinderen, Bert en Yoka, en twee kleinkinderen, Daan en Rika.
Sinds een jaar of 40 is hij gastspreker bij het Landelijk Steunpunt Gastsprekers WOII-Heden.
Meer weten over Ernst Verduin?
Interview op getuigenverhalen.nl
Zie het boek Over Leven

Meer weten over gastsprekers WOII-Heden?
www.steunpuntgastsprekers.nl/

Samen hielden Rika Zaat (17) en haar opa Ernst Verduin (89) een toespraak tijdens de dodenherdenking in de St. Maartenskerk, Tiel 2017